Het dagelijkse misverstand over wifi en internet
We gebruiken de termen dagelijks door elkaar: "Heb je internet?" of "Werkt de wifi wel?". Hoewel ze nauw met elkaar verbonden zijn, zijn wifi en het internet fundamenteel verschillende dingen. Door dit onderscheid te begrijpen, wordt het makkelijker om problemen op te lossen wanneer je even niet online kunt. In simpele taal: het internet is de snelweg waarop informatie reist, en wifi is de auto die jou op die snelweg brengt zonder dat je een kabel hoeft te gebruiken.
Wat is het internet eigenlijk?
Het internet is een enorm wereldwijd netwerk van computers en servers die met elkaar praten via kabels, glasvezel en draadloze verbindingen. Zie het als een gigantische bibliotheek met alle informatie ter wereld. Wanneer jij een website bezoekt, stuur je een verzoek naar een server (een gespecialiseerde computer) die ergens anders ter wereld staat, en die server stuurt de gevraagde informatie terug naar jouw apparaat.
De rol van je internetprovider
Om toegang te krijgen tot deze wereldwijde bibliotheek, heb je een toegangspoort nodig. Dat is waar je internetprovider (zoals KPN, Telenet, of Ziggo) in beeld komt. Zij leveren de fysieke verbinding – meestal via een kabel die je huis binnenkomt – die jou koppelt aan het grote internet. Zonder deze verbinding kun je geen informatie uit de bibliotheek halen.
Hoe wifi zich verhoudt tot het internet
Wifi staat voor Wireless Fidelity en is simpelweg een draadloze technologie die signalen verstuurt. Het is een lokaal netwerk dat werkt via radiogolven. Het enige wat wifi doet, is ervoor zorgen dat apparaten in je huis – je telefoon, laptop of slimme thermostaat – kunnen communiceren met de router. De router is de schakel tussen jouw draadloze apparaten en de kabel die het internet bij jou thuis binnenbrengt.
Een stopcontact voor data
Je kunt wifi vergelijken met een draadloos stopcontact voor data. Je hebt stroom nodig (het internet) om je lamp te laten branden, maar het stopcontact (wifi) zorgt ervoor dat je de lamp kunt aansluiten zonder draden door de kamer te hoeven trekken. Als je router wel aan staat en wifi verspreidt, maar de kabel van je internetprovider is doorgeknipt, heb je wel wifi maar geen internet. Je apparaten communiceren dan wel met elkaar en de router, maar ze kunnen nergens heen op de wereldwijde snelweg.
Als je telefoon aangeeft dat je verbonden bent met wifi, maar er komen geen webpagina's binnen, dan weet je dat de draadloze verbinding lokaal in orde is. Het probleem ligt dan waarschijnlijk bij de verbinding naar buiten toe, bijvoorbeeld bij je modem, routerinstellingen, of de dienst van je provider. Dit simpele onderscheid helpt je vaak al een heel eind op weg bij het oplossen van dagelijkse technische ongemakken. Kortom, wifi is een middel, internet is het doel.
Onthoud: je kunt wifi hebben zonder internet (je lokale netwerk werkt), maar je kunt geen draadloos internet hebben zonder wifi (of een andere draadloze verbindingstechniek), want wifi is de manier waarop je draadloos toegang krijgt tot dat wereldwijde netwerk. Dit maakt het een essentieel maar lokaal hulpmiddel in ons moderne, verbonden leven.
